Snel naar

Warm en zonnig maar ook veel neerslag: enkele statistieken (na)beschouwd

Bron: KNMI

Mooie tijden voor zowel de liefhebber van extremen en records als die van comfortabel zomerweer. Aan een memorabele reeks zomerse dagen is (voor De Bilt) afgelopen donderdag een einde gekomen. Inclusief -regionaal- veel regen. Tijd om eens wat cijfers op een rijtje te zetten!

Bron: KNMI

Voor het gevoel / de ervaring waarschijnlijk niet eens het meest bijzondere maar wel degelijk: een zeker voor de tijd van het jaar extreem warme periode! De Bilt noteerde van 9 tot en met 21 juni 13 zomerse dagen (>25 graden) op rij. Een dik record voor juni. Even zag het er naar uit dat ook het all time high verbroken zou worden maar dat blijft uiteindelijk ruim staan (18 dagen; juli / augustus 1975). Minstens zo opmerkelijk is dat in deze periode slechts één keer de “tropische” 30 graden (nipt) bereikt werd, op 3 dagen net niet. Geen landelijke hittegolf dus. Nu ja, helemaal goed zo wat mij betreft. Veel zon en lekkere warmte maar nooit extreem / ondraaglijk. Overigens zal ook het record voor de meeste zomerse dagen in juni (in totaal) verbroken worden. Zo meteen nog iets meer daarover in de verwachting.

Bron: weerstatistieken.nl / KNMI

De -alweer voor de tijd van het jaar want het is pas juni; land en zee nog niet echt opgewarmd- bovendien warme nachten dragen er toe bij dat de maandgemiddelde temperatuur ook ruim verbroken zal worden. Waarschijnlijk komen we uit rond de hierboven geprognotiseerde 19.3 graden op basis van de ECMWF verwachting.

Bron: KNMI

Ten opzichte van de huidige tussenstand: redelijk schokkend. Was de de variatie in de top 10 voor zover redelijk beperkt en deden zelfs 1976 en 1917 mee; de nieuwe waarde zal absurd hoger zijn. Toeval (dat is en blijft een factor in de natuurlijke variabiliteit) of een sprongetje / omslagpunt naar een nieuw klimaat? We moeten het nog maar even blijven volgen; de toekomst zal het leren.

Bron: weerstatistieken.nl / KNMI

Los van eventuele discussie hoe het komt en hoe het verder gaat: zo’n mediterraan weertje kan wat mij betreft goed wennen. Heerlijk zo veel zon toch? Time-to-date nog altijd record-zonnig. Het absolute record voor juni (300.7 uur, 1959) zal waarschijnlijk morgen of maandag al sneuvelen.

Bron: weerstatistieken.nl / KNMI

En, wie had dat gedacht na het koele, natte en sombere voorjaar, inmiddels zelfs voor het gehele jaar tot nu toe alweer een vierde plaats. Hoe je er ook naar kijkt (over welke periode van het jaar): gezien de veelheid aan recente jaren overstijgt dit wel de natuurlijke variatie. Twee waarschijnlijke -antropogene- oorzaken: de klimaatverandering (vaker hogedruk-invloeden door de gewijzigde straalstroom) én de schonere lucht. Immers minder aerosolen / condensatiekernen waardoor minder mist en bewolking én meer inkomende straling. Een naar mijn idee onderschatte en nog onvoldoende onderzochte factor.

Bron: KNMI

Nog even dit, we hebben het er al eerder over gehad maar kwamen er destijds niet helemaal uit, nooit wordt de maximale duur aan zonneschijn bereikt, zelfs niet bij extreem heldere en schone atmosferische omstandigheden. Ook nu valt het weer op: de maximale duur lijkt (gezien de achter liggende data) gelimiteerd op 15.3 uur terwijl dat theoretisch actueel 16.7 uur zou moeten zijn; 92% om precies te zijn. Hoe zit dat? De verklaring is even simpel als discutabel maar een beter alternatief weet ik ook niet te creëren. Tot 1989 werd (al sinds 1880) de hoeveelheid zonneschijn gemeten door middel van de Campbell-Stokes zonneschijnmeter. Het instrument bestond uit een glazen bol die als brandglas werkt. Achter de bol was een papieren strook gespannen met een indeling in uren. De ‘bewegende’ zon brandde in die papierstrook een brandspoor. Zodra er wolken voor de zon kwamen werd dat spoor onderbroken. Uit de totale lengte van het brandspoor kon handmatig de duur van de zon worden ingeschat. Los van het arbeidsintensieve proces deze “data” uit te lezen is de betrouwbaarheid relatief laag; wanneer er een brandspoor ontstaat varieert met het soort papier dat gebruikt wordt, de vochtigheid van het papier en de eventuele vervuiling van de bol. Op initiatief van de WMO wordt daarom tegenwoordig de zonneschijnduur (per 10 seconden, m.b.v. diverse algoritmes) berekend uit de hoeveelheid gemeten straling. Feitelijk in joule per seconde, maar uitgedrukt in Watt per vierkante meter. Maar nu komt het: de zon schijnt volgens deze nieuwe meetmethode en definitie pas als er meer dan 120 Watt per vierkante meter gemeten wordt. Arbitrair maar op zich te verdedigen, je moet ergens een grens trekken immers. wat als als de zon bijvoorbeeld (heel) flauwtjes door mist of bewolking zichtbaar is? Schijnt ze dan wel of niet? De 120 Watt is gekozen om de metingen goed te kunnen vergelijken met de oude metingen, waarbij op dat moment gemiddeld een brandspoor op het papier ontstond). Allemaal tot daar aan toe; gek is wel dat dit tot gevolg heeft dat zowel na zonsopkomst als voor zonsondergang ongeveer drie kwartier niet meetellen. Zeker omdat (zie bijvoorbeeld bovenstaande grafiek) als langst mogelijke duur wél wordt uitgegaan van de totale daglengte.

Bron: hetweeractueel.nl

Voor de volledigheid kijken we ook nog even terug op de neerslag van afgelopen dinsdag en donderdag. In de reacties werd op basis van enkel de hoofdstations van het KNMI enige verwarring gecreëerd. Het mag genoegzaam bekend zijn: bij zomerse buien zijn de plaatselijke verschillen per definitie zeer groot en is de kans klein dat men ergens op de stations de grootste som te pakken krijgt. Maar: hoe groter het netwerk hoe betrouwbaarder de cijfers. Real-time bieden de amateurstations op hetweeractueel.nl een beter en betrouwbaar overzicht. Zo kon ik dinsdag zelf al snel bevestigd zien dat mijn geregistreerde 48 mm in het oosten van Rotterdam plausibel was.

Bron: KNMI

Met een dag vertraging komt het KNMI ook met uitgebreidere cijfers van de in totaal 325 officiële neerslagstations. Uit bovenstaande volgt dat soms de ene, soms de andere het hoogste resultaat zal opleveren. In dit geval het KNMI: waar hetweeractueel met 43 mm kwam (in Heinenoord) laat het KNMI 49 mm voor Barendrecht zien!

Bron: meteociel.fr

Donderdag deels een ander verhaal; meer stratiforme neerslag i.p.v. felle buien, mooi te zien aan de n veel meer geleidelijke kleurovergangen op de kaart. Overigens zaten de modelberekeningen er mijns inziens toch redelijk goed op, zeker wat betreft locatie van die stratiforme neerslag. Eerst ook wat verder naar het westen, maar juist tijdens de intensivering zich oostwaarts verplaatsend. Overigens pakten de uiteindelijke sommen voor Nederland en België wel iets lager uit dan verwacht. Dit had echter te maken met de felle (onweers)buien die deels in de modellen zaten ná de langdurige neerslag. Dat noodweer vond echter slechts (vrij ver) in Duitsland plaats. Daar lokaal dus wel >100 mm in totaal. In België (en Nederland, op deze kaart niet zichtbaar) lokaal ruim 60 mm, toch wel weer de moeite.

Bron: wetterzentrale.de / KNMI

Goed, hoe verder? In ieder geval een zeer fraai weekend voor de boeg! Vandaag 25 tot 28 graden, alleen in een vrij smalle kuststrook en in het noordoosten (daar wat meer bewolking) iets lagere temperaturen. Morgen wordt -gelijk aan 11 juni- dan eindelijk weer eens “tropische” dag voor het groot deel van de lage landen waarbij het tot laat in de avond nog zeer aangenaam zal blijven. Mogelijk worden de hoogste temperaturen van deze zomer tot nu toe (De Bilt 30.3 graden, landelijk 32.3) geregistreerd. Al met al prima weertje voor het vieren van je verjaardag inclusief BBQ. En hé, laat ik dat nou net gepland hebben 😉 . Na de alweer zomerse dag van gisteren vandaag en morgen nog twee erbij. Daarmee minimaal 16 zomerse juni dagen; het record was 14.

Bron: TEMIS / ESA / KNMI

Open deur waarschijnlijk maar toch: wel goed beschermen tegen de (UV) zonestraling. Uiteraard is die, volgend uit de (hoogste) stand van de zon, rond deze tijd van het jaar het hoogst. Uit de zon blijven is de beste optie maar mocht dat niet gaan / heb je daar geen zin in is beschermende kleding een goede tweede. Of als het niet anders kan; smeren. Hoewel de giftigheid van de crèmes de aandacht heeft lijkt mij dat een beter (immers tijdelijk) alternatief dan cumulatie voor huidkanker. Voordeel is wel dat we door de ruime hoeveelheid zon van de afgelopen tijd waarschijnlijk al redelijk gebruind zullen zijn waardoor verbranding / schade relatief minder snel optreedt. Bovendien nog een relatief onbekend feitje: de schadelijke hoeveelheid UV-straling neemt snel af naarmate het zonlicht een langere weg door de atmosfeer moet afleggen. Dus lager aan de hemel al snel geen gevaar meer. In bovenstaande grafiek de tijdstippen waartussen volgens de WHO bescherming vereist is (zonkracht >3, in UTC tijd dus tel er twee uur bij op voor de MEZT) : 9:36 tot 17:46 uur. Daarvoor en vooral daarna (als het toch nog heel warm kan aanvoelen en zijn): niet nodig!

Bron: TEMIS / ESA / KNMI

Overigens zijn er dit jaar (nog) geen extreme waardes gemeten, de 8 is nog niet aangetikt. Los van de standaard parameters zoals dus de zonnestand en uiteraard bewolking is vooral de dikte van de ozonlaag hier de bepalende factor. Ik heb nog niet helemaal doorgrond hoe die varieert maar actueel valt het dus relatief gezien wel mee. Vandaag, morgen en dinsdag lijken wel de piekdagen te worden. Verder naar het zuiden doorgaans (maar niet altijd) lineair (ook hier weer, naast de bewolking de wisselende dikte van de ozonlaag) hoger door de uiteraard hogere zonnestand.

Bron: KNMI

Na het weekend nu toch een duidelijke crash! In een westelijke tot zuidwestelijke stroming gaat de 25 graden meest even niet meer bereikt worden maar wordt het daarentegen ook nooit echt fris. Vooral vanaf woensdag nemen de neerslagkansen wat toe maar heel veel hoeft het niet perse te worden. Licht wisselvallig zou ik het willen noemen maar zo nu en dan zal het zeker nog meevallen. Op termijn neemt de onzekerheid alweer toe en zou het zomerweer zich zo maar weer eens prima kunnen herstellen!

Leo
Author: Leo

16 comments

  1. Dank voor het mooie uitgebreide bericht Leo.
    Kom maar op met wat water de aankomende week. 🙂

  2. Mooi bericht Leo.
    Vanuit IJsland deel ik dit fraaie plaatje met jullie: de vulkaan heet Snæfellsjökull en ligt in het westen. De westenwind van vandaag blaast de lucht mooi tegen de berg op. Lijkt een föhnwolk zoals in de Alpen. Maar weet het niet zeker. Iemand?

      1. Dit is een grote lenticularis. (lenswolk)
        Die zie je ook bij de Rots van Gibraltar vaak en wordt daar veroorzaakt door de Levanter (wind uit het oosten en opvolger van Mistral)
        Daarom heet het daar een Levant wolk.
        Hoe het op IJsland heet weet ik niet. Wellicht geen aparte naam.

  3. Gister/vandaag ook wat buien hier in Albanië. Vanaf morgen weer ☀️☀️☀️☀️

  4. Vakantiespam op vakantieweer: groeten uit het noorden van IJsland. Sauđárkrókur om precies te zijn! 14 graden en lekker zonnig momenteel. Maar het weer hier is erg onvoorspelbaar.

  5. Zo!
    En toen hadden we héél ander weer. Een beetje fris, wat regen, geen wind, geen zon.
    Echt compleet anders dan gistermorgen. Ook wel even lekker, toch?

  6. Is er al enig zicht op wat de tendens gaat worden voor de zomervakanties die over een week gaan beginnen?

Comments are closed.